Balans en winst-en-verliesrekening
Kruiswoordraadsel
Maak de puzzel af en klik op "Check" om je antwoorden te controleren. Als je vastloopt, klik dan op "Hint" om een letter te krijgen
Horizontaal |
| 1. | Kapitaalgoederen die maar één productieproces of minder dan een jaar meegaan | | 4. | Overzicht van de kosten en opbrengsten van een onderneming over een bepaalde periode | | 5. | Rechterkant van de balans | | 6. | Vreemd vermogen met een looptijd tot een jaar | | 7. | Vermogen dat blijvend beschikbaar is voor de onderneming, er hoeft niet op te worden afgelost | | 9. | Als een winst-en-verliesrekening wordt opgesteld met de opbrengsten en kosten onder elkaar | | 10. | Middelen waarmee we kunnen betalen | | 11. | Bezittingen van een onderneming | | 12. | Afspraak met de bank tot welk bedrag je rood mag staan | | 13. | Linkerkant van de balans | | 14. | Vermogen dat anderen aan de onderneming beschikbaar stellen | | 17. | Het eigen vermogen neemt toe door winst, maar ook door....... | | 19. | Verandering op de balans | | 20. | Brutowinst - kosten | | 21. | Als een balans of winst-en-verliesrekening wordt opgesteld met een debet en credit kant | | 23. | Het totaal van de verkopen | | 24. | Het minder waard worden van duurzame bezittingen | | 26. | Bezittingen van een onderneming | | 28. | Staan aan de creditkant van een winst-en-verliesrekening | | 29. | Overzicht van bezittingen, schulden en eigen vermogen van een onderneming op een bepaald moment | | 30. | Kapitaalgoederen die meer dan één productieprocens of jaar meegaan | | 31. | Voorbeeld van vreemd vermogen op korte termijn | | 32. | Klanten die bij een onderneming op rekening kopen |
|
Vertikaal |
| 2. | Vreemd vermogen met een looptijd langer dan één jaar | | 3. | Verzamelnaam voor inboedel zoals toonbank, kassa, stellingen etc. | | 8. | Vermogen dat moet worden afgelost | | 15. | Lening met een gebouw als zekerheid | | 16. | Een leverancier die de geleverde goederen nog betaald moet krijgen | | 18. | Vermogen dat de eigenaar zelf in de onderneming inbrengt | | 22. | Schulden en eigen vermogen van een onderneming | | 25. | Omzet – inkoopwaarde omzet | | 27. | Staan aan de debetkant van een winst-en-verliesrekening |
|